Lasioglossum sexstrigatum
Sommige groefbijen zijn ongeveer even groot als de Honingbij, maar er zijn ook veel heel kleine soorten die nauwelijks uit elkaar te houden zijn. Zij maken hun nest in leem of zand, net als de zandbijen, maar er zijn ook opvallende verschillen. Zo kunnen bijna alle groefbijen zeer pijnlijk steken, zelfs de kleinste soorten. Nog veel opvallender is het gedrag: er zijn groefbijen die volstrekt alleen leven (solitair), andere soorten gebruiken samen dezelfde nestingang, maar bemoeien zich niet met elkaar, maar er zijn ook soorten die echt samenleven: ze vormen staten die veel lijken op die van de sociale wespen en honingbijen.: er is een duidelijke koningin, er zijn vrouwtjes die het werk doen (werksters) en soms zelfs de nestingang bewaken (soldaten). Wel sterft de staat uit bij het overlijden van de koningin, er is geen sprake van een langdurige staat zoals bij de honingbijen. Verder vinden we bij de groefbijen alle tussenvormen van echt sociaal levende dieren en volledig solitair levende dieren. De soort hieronder is nog maar een paar keer in onze tuin opgedoken. Het is zondermeer het allerkleinste bijtje dat we ooit in de tuin hebben gezien: het is niet veel groter dan een mier. Overigens staat de determinatie niet geheel vast: groefbijtjes zijn heel erg moeilijk tot op soortniveau te benoemen.