Taleporia tubulosa
De determinatie van deze volwassen zakjesdrager staat niet geheel vast. Het is echter niet uitgesloten dat het gaat om Taleporia tubulosa. De mannetjes vliegen rond in mei en juni en zijn nagenoeg ongetekend. Ze bereiken een spanwijdte van 15 tot 20 mm en zijn in het bezit van ruwe antennes. Het vrouwtje lijkt nog het meest op een gelige, kleine engerling. In tegenstelling tot veel andere soorten zakjesdragers verlaat zij na de verpopping het zakje en kruipt vrij rond op boomstammen. De larven leven van korstmossen die op boomstammen groeien. Hun zakje wordt uit heel kleine onderdeeltjes opgebouwd (zandkorrels, stukjes boombast, stukjes korstmos) en wordt heel mooi glad afgewerkt. Taleporia tubulosa vinden we soms ook wel op oude muren en schuttingen.