banier
lijntje
lijntje
back
Scoparia ambigualis

Scoparia ambigualis is de meest algemene Scoparia-soort in de Benelux. Hij heeft een heel lange vliegtijd: van mei tot in september. De spanwijdte van deze lichtmot is erg typisch voor de motten: 22 mm. Van de rups is nog niet alles bekend, maar men denkt dat hij van mossen leeft. Scoparia ambigualis rust het liefst uit op stammen van de eik. Ook hij gaat er bij verstoring met ongecontroleerde bewegingen vandoor. Komt hij echter 's avonds op kunstlicht af, dan blijkt hij heel elegant te kunnen vliegen. Hij lijkt sprekend op een aantal andere soorten: Eudonia truncicolella en Dipleurina lacustrata. Hij is vaak de grootste van die drie. Een hulp bij het determineren volgt hier:

Scoparia ambigualis en Eudonia truncicolella hebben een duidelijke zwarte x in de vleugel. Op de vleugel van Dipleurina lacustrata staat meestal een minder ontwikkelde "x", meestal niet meer dan een "c", die vaak de indruk wekt een rondje te zijn. De donkere lijn vlak voor de witte op ongeveer éénderde van de vleugelrand is het best ontwikkeld in Dipleurina lacustrata, minder in Scoparia ambigualis en vaak nauwelijks bij Eudonia truncicolella. Scoparia ambigualis maakt een wat bruinige indruk, de andere twee lijken meer zwart/wit. In mei en begin juni vliegt alleen Scoparia ambigualis, de andere twee vliegen later. Helaas vliegt ook dan Scoparia ambigualis nog altijd. Tenslotte heeft Scoparia ambigualis bredere vleugels dan de andere twee. Dat is natuurlijk geen goed kenmerk als je ze niet alle drie hebt gezien!
Hoe dan ook als je net begint moet je al je vondsten goed fotograferen en laten checken door een ervaren vlinderliefhebber, bijvoorbeeld op www.waarneming.nl Vooral S.a. is erg moeilijk, want hij is erg variabel. Zelfs kenners komen er aan de hand van foto's niet altijd uit. Want de enige echt betrouwbare manier is het bestuderen van de geslachtsorgaantjes. Maar daarvoor moeten de beestjes worden gedood...