Najaarsspanner (Agriopis aurantiaria)
Deze spanner is gemakkelijk vanaf de foto's te herkennen. Alleen zeer ongetekende uitvoeringen van de Grote Wintervlinder kunnen er wel wat op gelijken. Maar die hebben nooit de warme, goudbruine basiskleur van de Najaarsspanner en zijn altijd meer gespikkeld. Bovendien zijn er vaak nog niet zoveel Grote Wintervlinders tijdens de vliegtijd van de Najaarsspanner. De Najaarsspanner is gelukkig niet zo variabel. Overigens geldt dit alles voor de mannetjes. De vrouwtjes hebben goed zichtbare stompjes in plaats van gewone vleugels en zijn wat gemakkelijker met andere vleugelloze spannervrouwtjes te verwarren. De spanwijdte van de mannetjes is 40 tot 44 mm.
De eitjes worden gelegd in het najaar, maar komen pas vanaf april uit. De jonge rupsen van de Najaarsspanner zijn nagenoeg identiek aan die van de Grote Voorjaarsspanner. Het zijn zeer onopvallend getekende grijsgroene rupsen met een paar witgroene en geelgroene, of grijzige lengtestrepen. Een zeer lastig te determineren rups, dus. Bij oudere exemplaren zijn de verschillen veel groter. De rupsen bereiken een lengte van zo'n 3 cm en zijn op een groot aantal breedbladerige bomen en struiken te vinden, zoals berk en hazelaar.
De Najaarsspanner komt graag op licht af en rust overdag soms opvallend op een schutting of muur. In Nederland gewoon op de Veluwe en de zandgronden in Drente en Friesland. Verspreid, maar sterk lokaal voorkomend op andere zandgronden. Elders zeer zeldzaam tot ontbrekend. Vliegt van begin otober tot half november, buiten die periode soms gezien, bijvoorbeeld nog in december, of in het voorjaar (maart).
Deze vlinder wordt ook wel Valse Voorjaarsvlinder, Valse Voorjaarsspanner, Najaarsvlinder en Najaarsmeter genoemd.
NB: de rups op de foto's kan ook van de Grote Voorjaarsspanner zijn, omdat ze in deze fase niet uit elkaar te houden zijn!